|
Zij werd steeds mooier en warmer.
Maar er waren grenzen aan onze mogelijkheden, legde ze me uit.
Zij zat in een tunnel, begreep ik uit haar woorden. Zij leefde nog met haar ex onder één dak en binnen een halfjaar moest zij eindexamen doen en dus geconcentreerd studeren. Weinig tijd, weinig ruimte. Opwindend dacht ik. Dan kan ik haar helpen uit de tunnel te komen: naar het licht waar het diploma en de vrijheid lonkte. Het woord "dons", dat ik in een e-mail gebruikte, zocht zij op in het woordenboek en was blij gestreeld.
"Ik ben gek op jouw woorden", zei zij. "Jij bent woordenspecialist. Negen talen spreek jij!"
Ik mailde haar in haar moedertaal, in dagelijkse afleveringen, een vervolgverhaal. Over Liefde, Succes en Rijkdom, Sevgi, Bashary en Zenginlik, dat zijn drieoude mannen die in de voortuin van een vrouw verblijven. De moraal is, dat als Liefde binnenkomt de andere twee automatisch volgen. Zij verbeterde enthousiast mijn Turkse fouten. Van haar versprekingen en taalfouten maakte ik een apart Vijgjesiaans woordenboekje om haar het verschil met echtNederlands duidelijk te maken. Vanuit het Turks begreep ik nu ook waarom zij op haar manier de Nederlandse woorden rangschikte.
Ik hielp haar een scriptie te maken over wortelontstekingen en de meest doeltreffende methode om die met röntgenfoto's te diagnosticeren. Is disto-boecale opname beter dan laterale? Ik heb, eerlijk gezegd, moeite om een stekker in het stopcontact te steken, maar nu had ik plezier in een zuivertechnische studie. Het enige wat ons bij die scriptieken bedreigde, was, volgens haar, 'de lijm' tussen ons. Onder mijn bureaublad verstrengelden onze benen zich, terwijl we onze ogen strak op de gefotokopiëerde tekst richtten.
O, die sterke lijm! Tutkal. "Ik word geel van jou." Ze spitste haar lippen en stak haar vinger waarschuwend omhoog. Het zat bij haar in de familie. Ook haar moeder was een hete vrouw, verzekerde zij me.
Sarafina waarschuwde me, dat als zij weer zou komen het houten schot van de geheime kamer niet meer zo op en neer mocht schommelen en het stiller moest wezen. Ik bedolf haar onder mijn gegrinnik. "Toch ook goed voor je opvoeding", stelde ik haar gerust.
Zij stuurde mij heerlijke e-mails met gedichtjes van een bekende dichter, met bloemen omrankt. Ik schreef haar voorzichtig dat ik haar eigen woorden veel mooier vond en meteen antwoordde zij me in liefdevolle, onvervalste Vijgjestaal.
Met Kerstmis zaten zij en Mahmud, een tengere vogelkop van veertien, bij ons aan tafel. Aan het ontbijt. Met mijn half geschoren gezicht voelde ik me tegenover haar gepolijste verschijning even een beetje onhandig, maar zij streelde en drukte zich zo tegen me aan dat ik dat meteen ook vergat. Zij had dolma's bij zich, gekruide rijstsigaren in geurige druivenbladeren, die zij de avond daarvoor in haar keuken had staan
klaarmaken. De verse lading stond nu op onze schalen. Onder de boom lagen cadeautjes voor de kinderen.
Als kerstverhaal vertelde ik over de twee antieke geliefden die na hun dood naast elkaar als iepen voortleefden, naar het gedicht van Ovidius. Mahmud dook daarna op mijn laptop, een iconenspoor van vreemde spelletjes achterlatend. We gingen naar de film, een spektakel. Voor de kinderen, die genoten van de popcorn. Zij en ik zaten hand-in-hand. Natuurlijk had ik betaald. De man was ik. Eindelijk weer!
's Middags bezochten zij en ik een tentoonstelling over liefde in de antieke kunst. We stonden in lange rijen. We werden niet moe de vrijende paartjes in oude steen of brons te bewonderen. Ook de Scythen wisten er al raad mee. De kinderen bleven liever thuis, die waren daarvoor te groot en trekkebekten om de naakten. Gearmd liepen Vijgje en ik op de Dam tussen de toeristen te knuffelen. Haar lange, zwarte mantel en rode lippen deden de keitjes glinsteren. Tegen een helderblauwe winterhemel met strakke zonneschijn zagen we de stenen leeuwen bij het monument brullen van jachtlust.
Bij het station pakten we de bus naar Zaandam, om het kerstfeest bij haar thuis ook daar met onze kinderen te vieren. |